
Hij liep richting station, gekleed in spijkerbroek, jas, schipperstrui en leren hesje. Om de tijd te doden liep hij met omweg via het faculteitsgebouw. De hal was vrijwel leeg. Slechts twee mensen stonden in gespannen houding voor het mededelingenbord. Gaston moest toegeven, het was nog relatief vroeg. Of de mensen sliepen of zij volgden een moeilijk definieerbaar practicum.
Hij haalde een bekertje koffie uit de automaat en ging achter de beide jongerejaarsstudenten staan. Hij probeerde tussen hen door een paar cijfers en namen te onderscheiden. De linker student draaide zich om, knikte stom en staarde weer naar de cijferlijst. Mompelend en gesmoord vloekend liepen ze weg, Gaston alleen achterlatend bij al die namen, die hem niets zeiden en al die getallen, die hem gezien zijn eigen ervaringen wel wat hoog uitgevallen leken.
Een vrolijke stem achter hem riep zijn naam. Gaston draaide zich om en ontwaarde een jonge man, gekleed als een corpsbal, die net uit een deur met een rood, brandend lampje te voorschijn kwam.
“Zèg, kèrel. Wat curieus. Dat jij hier weer eens opduikt. Hoe staan de zaken. Heb je al een baan? Oh …. nog niet afgestudeerd. Lekker leventje. Wat zeg je? Scriptie. Uitstellen tot nader orde in verband met praktijktoetsing. Daar wil ik meer van horen. Leg eens uit, kerel. Ik snap er de bàlle niet van. Op naar de kantine. Koffie. Wat was ook alweer je onderwerp? Oh … juist ….ja…… juist ja! Meesterlijk, kèrel. Wat!? Koffie!
Dus als ik het goed begrijp, dat ..hmm…eh …jij……..ja….ja…. Onwijs gaaf, man! Hebben jullie al een naam bedacht? Haha, grapje hoor. Dat moet altijd tot het laatste moment geheim blijven, hè. Ken ik overigens de gelukkige moeder? Wanneer………?”
De woordenstroom werd onderbroken op het moment, dat Gaston en de ander de kantine binnenkwamen. Een eminente verschijning stond op en blokkeerde hen de weg, Gaston enigszins dreigend in de ogen kijkend.
Terug naar De Patriarch: inhoudsopgave
Geen opmerkingen:
Een reactie posten